Economische impact: mkb Gronings aardbevingsgebied dupe gaswinningsproblematiek

Gaswinningsproblematiek houdt de provincie Groningen al lange tijd in de greep. De gevolgen van de gaswinning op de inwoners van het aardbevingsgebied hebben zelfs tot een parlementaire enquête geleid. De hoofdconclusie was duidelijk: “De belangen van Groningers zijn structureel genegeerd en dit heeft rampzalige gevolgen voor hen”. Terwijl er veel gezegd en geschreven is over de invloed van de gaswinningsproblematiek op inwoners, is onderbelicht gebleven in welke mate het Groningse bedrijfsleven hinder ondervindt. Wat is de economische impact op het bedrijfsleven? Decisio zocht, samen met Ipsos I&O en in opdracht van de provincie Groningen, uit in hoeverre prestaties van het (klein)-mkb in het aardbevingsgebied zijn achtergebleven (Bron foto: Provincie Groningen).

Voornamelijk kleine bedrijven met bedrijfspand ondervinden gaswinningshinder

In het eerder uitgebrachte vragenlijstonderzoek ‘De sociale impact van gaswinning in Groningen’ van Gronings Perspectief gaven ondernemers uit het aardbevingsgebied aan negatieve impact te ondervinden van de gaswinning. Dit geldt voornamelijk voor bedrijven met een bedrijfspand. Het gaat bijvoorbeeld om onkosten aan en waardedaling van het vastgoed. En ook om verloren tijd aan het afhandelen van schadeclaims of het treffen van risicomijdende maatregelen, verstoring van de bedrijfsvoering of beperking van de investeringsruimte.

De provincie Groningen heeft een mkb-programma ter ondersteuning van bedrijven met aardbevingsschade of andere negatieve gevolgen van de gaswinning. Hier kloppen voornamelijk kleine bedrijven aan. Het zijn doorgaans geen bedrijven met meer dan vijftig werknemers en het zwaartepunt ligt bij bedrijven met ongeveer twee tot tien werknemers. Dit is het zogeheten ‘micro-mkb’. In het onderzoek is gekeken naar de invloed van gaswinning op bedrijven van 2 tot 10 werknemers, 10 tot 25 en 25 tot 50 werknemers.

Economische impact nader in beeld gebracht

Er zijn meerdere mechanismes denkbaar waarop aardbevingen de bedrijfsvoering kunnen belemmeren. Desalniettemin is er behoefte aan harde cijfers over de mate waarin het bedrijfsleven in het aardbevingsgebied is beïnvloed door de gaswinningsproblematiek. Ipsos I&O en Decisio brachten deze cijfers in beeld door economische prestaties in het aardbevingsgebied te vergelijken met landelijke prestaties. En met prestaties in de rest van de provincie en prestaties in twee referentiegebieden buiten de provincie Groningen. Deze twee referentiegebieden buiten Groningen – COROP-regio’s Zuidoost-Drenthe en Noord-Friesland – zijn zorgvuldig gekozen op basis van vergelijkbare sectorstructuur, bevolkingsdichtheid, inkomensniveau, vergrijzing en het aantal banen per inwoner.

Omvang werkgelegenheid ondervindt geen negatief effect van gaswinning

In het eerste deel van het onderzoek is de werkgelegenheidsontwikkeling naar sector en bedrijfsgrootte in beeld gebracht. Uit de analyse blijkt dat de werkgelegenheidsontwikkeling in het aardbevingsgebied vergelijkbaar is met het landelijk gemiddelde. Alleen gekeken naar bedrijven tot twintig werknemers is er ook geen sprake van overduidelijke bovengemiddelde krimp ten opzichte van het landelijk gemiddelde of referentiegebieden. Dit deel van de analyse duidt daarmee niet op een invloed van gaswinningsproblematiek op de omvang en samenstelling van werkgelegenheid in het aardbevingsgebied.

Economische prestaties blijven wél achter

In het tweede deel van het onderzoek is het presteren van het bedrijfsleven in het aardbevingsgebied op verschillende indicatoren in beeld gebracht. De meest interessante uitkomsten volgen uit de omzetanalyse aan de hand van CBS Microdata, waarmee daadwerkelijk behaalde omzet volgens de omzetaangifte bij de Belastingdienst is ontsloten.

Uit deze analyse blijkt dat de gemiddelde werknemer van bedrijven met twee tot vijftig werknemers in het aardbevingsgebied een lagere omzet per werknemer genereert dan in de rest van Nederland. Ondergemiddelde productiviteit geldt ook voor de referentiegebieden. Wat echter niet voor de referentiegebieden geldt, maar wél voor het aardbevingsgebied, is dat de productiviteitsontwikkeling ook ver is achtergebleven de laatste jaren. Dit is voornamelijk zichtbaar bij bedrijven met twee tot en met negen werknemers. Deze bedrijven zagen de omzet per werknemer sinds 2012 dalen, in tegenstelling tot de referentiegebieden, waar productiviteitsstijging werd gerapporteerd.

De productiviteitsachterstand neemt toe

Omdat het onderzoek andere oorzaken dan de gaswinning (zoals sectorverschuivingen) uitsluit, kunnen de verminderde prestaties naar alle waarschijnlijkheid, in ieder geval deels, worden toegeschreven aan de gaswinningsproblematiek. Het productiviteitsniveau lag aan het begin van de onderzoeksperiode al aanzienlijk onder het landelijk gemiddelde. Als gevolg van de gaswinning is het gat tussen het aardbevingsgebied met andere gebieden dus alleen maar verder toegenomen. Achterblijvende omzet drukt op de bedrijfsuitgaven en kan bijvoorbeeld zorgen voor hogere schulden, achterblijvende lonen of beperktere investeringscapaciteit.

Uit de economische impact studie blijkt tegelijkertijd dat economische prestaties in het aardbevingsgebied niet zo ver zijn achtergebleven dat deze tot een grote faillissements- of leegstandsgolf hebben geleid. Desalniettemin maken de productiviteitsinzichten aannemelijk dat niet alleen de bewoners, maar naar alle waarschijnlijkheid ook bedrijven negatieve gevolgen van de gaswinning in Groningen hebben ervaren.

Meer informatie over economische impact of het rapport raadplegen?

Zie de link voor het publicatiebericht van de Provincie Groningen. Het volledige rapport van Ipsos I&O en Decisio is te ook raadplegen en downloaden. Lees ook meer over Decisio en economische impactstudies.