De gemeente Amsterdam wil met de ‘Sprong over het IJ’ de oversteek tussen Amsterdam Noord en de rest van de stad structureel verbeteren. In 2015 zijn daartoe verschillende opties verkend. Van het verbeteren van de inzet van veerponten tot kabelbanen en springkussens om naar de overkant te komen. De gemeente ontving meer dan 75 ideeën waaronder ook diverse ontwerpen voor bruggen en tunnels. Decisio heeft in het najaar van 2016 verschillende alternatieven (en daarbinnen weer verschillende varianten) onderzocht in een Maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA).
De MKBA Sprong over het IJ heeft bijgedragen aan het recente besluit van het college van B&W van de gemeente Amsterdam om de inzet van veren op het IJ te optimaliseren, een Javabrug aan te leggen en op kortere termijn een beslissing te nemen over verbinding aan de westkant van het IJ en realiseren van metrostation Sixhaven en/of een voetgangerstunnel achter het Centraal Station.
In de MKBA zijn zes projectalternatieven onderling vergeleken en tegen de referentievariant (het nulalternatief) afgezet. Onder meer de volgende effecten zijn beschouwd:
Verder zijn de economische effecten van de projectalternatieven voor de cruise-, binnen- en recreatievaart onderzocht en is beschouwd wat de effecten zijn op accijnsinkomsten voor de overheid. De volgende zes projectalternatieven zijn onderzocht:
Alternatief Maatregelen
Referentie 2030 Huidige verensysteem
Projectalternatief 1 Optimalisatie verensysteem
Projectalternatief 2 IJpleintunnel
Projectalternatief 3 Javabrug of –tunnel
Projectalternatief 4 Stenen Hoofdbrug of –tunnel
Projectalternatief 5 Javabrug en Stenen Hoofdbrug of Javatunnel en Stenen Hoofdtunnel
Projectalternatief 6 Metrostation Sixhaven en/of voetgangerstunnel Centraal Station
De gemeente Amsterdam kiest dus voor het realiseren van projectalternatief 1: optimalisatie verensysteem. Dit projectalternatief onderscheidt zich ten opzichte van andere alternatieven door relatief lage kosten (een gunstig financieel effect). Het totale maatschappelijke effect van dit alternatief is echter geringer dan de overige projectalternatieven. De som van kosten en baten is in dit alternatief, in een hoog scenario (uitgaande van een hoge groei van het aantal inwoners en verkeersdeelnemers), 290 miljoen euro (contante waarde). Daarnaast wil de gemeente op korte termijn een brug op de kop van Java realiseren (projectalternatief 3). Deze variant onderscheidt zich door een relatief hoog maatschappelijk effect van 780 miljoen euro (contante waarde, hoog scenario) en ‘scoort’ daarmee beter dan een tunnel.
Wanneer de gemeente op termijn besluit ook een brug bij Stenen hoofd te realiseren nemen de maatschappelijke baten toe tot 1,1 miljard euro (contante waarde, hoog scenario). Het verschil tussen kosten en baten is in dit projectalternatief (5) het meest positief in vergelijking met de andere alternatieven. Het saldo van kosten en baten is namelijk 820 miljoen euro (contante waarde, hoog scenario).
De hoogste maatschappelijke baten worden veroorzaakt door relatief hoge bereikbaarheidseffecten voor fietsers. Enerzijds kunnen, door het realiseren van een brug of verbetering van het verensysteem, bestaande en toekomstige inwoners van Amsterdam met de fiets sneller op de plek van bestemming zijn in Amsterdam Noord of van Amsterdam Noord naar andere delen van de stad. Anderzijds zorgt de komst van een brug of tunnel of verbeterd verensysteem ervoor dat meer mensen gebruik gaan maken van de fiets. Dat zorgt niet alleen voor minder reistijd, maar ook voor positieve effecten op het klimaat, de luchtkwaliteit in de stad en de arbeidsproductiviteit en gezondheid van fietsers.
Meer informatie over het project en het besluit van de gemeente voor een vaste brugverbinding met Amsterdam Noord is te vinden via de site van de gemeente Amsterdam over de Sprong over het IJ: https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/volg-beleid/amsterdam-onderzoekt/.
De volledige MKBA van Decisio vindt u hier. Kijk ook voor meer informatie: Decisio en MKBA’s